Mon 11/10/2021 - 20:00 Raadzaal
Vanaf januari 2020 wordt het zittingsverslag vervangen door aan audio-opname die beschikbaar wordt gesteld op de website. De Raad dient de notulen van de vorige vergadering goed te keuren.
Op de algemene vergadering staan volgende punten geagendeerd
De gemeentelijke dotaties aan de Hulpverleningszone Centrum worden jaarlijks goedgekeurd door de gemeenteraad in functie van het ontwerp van de begroting en op basis van de goedgekeurde verdeelsleutel.
Voor Sint-Martens-Latem bedraagt deze dotatie voor jhet jaar 2022:
Ter bestrijding van het COVID-19-virus nam het lokaal bestuur een aantal bijkomende maatregelen, gemotiveerd door drie centrale doelstellingen. Ten eerste om een volgende lockdown te vermijden die nefaste gevolgen zou hebben voor de economie en het welzijn van de bevolking. Ten tweede om de negatieve invloed van het COVID-19-virus op de algemene volksgezondheid zoveel als mogelijk in te dijken door daadkrachtige lokale maatregelen. Ten derde om er ervoor te zorgen dat de scholen in september op een normale manier kunnen openen in functie van het welzijn en de educatie van alle leerlingen.
Door de verbeterde COVID-19 situatie dienen deze maatregelen administratief te worden opgeheven, nadat ze in de praktijk reeds werden afgeschaft.
De volgende besluiten werden formeel opgeheven door de burgemeester:
Het Wijk-Werken is de opvolger van de vroegere PWA’s.
De projectvereniging ‘Wijk-Werken Leie en Schelde’ werd opgericht per 1 januari 2018 met als deelnemende besturen Merelbeke (maatschappelijke zetel), Deinze, De Pinte, Destelbergen, Gavere, Melle, Nazareth, Nevele, Sint-Martens-Latem en Zulte.
In de statuten van de projectvereniging is voorzien dat, naast het Wijk-Werken, ook andere tewerkstellingsinitiatieven voor doelgroepen binnen de vereniging kunnen georganiseerd worden. Zo werd in 2019 beslist dat de projectvereniging de regierol sociale economie op zich kan nemen.
Begin 2020 werd beslist om een samenwerking af te sluiten op het gebied van Tijdelijke Werkervaring. Het lokaal bestuur van Sint-Martens-Latem besliste in de gemeenteraad van 17/2/2020 om deel te nemen in deze samenwerking. Nu deze samenwerking intussen volledig vorm kreeg wenst de projectvereniging aan de hand van een samenwerkingsovereenkomst verder in te zetten op een verdere professionalisering van de werking.
In de gemeenteraad van 28 juni 2021 werd het retributiereglement voor de voor- en naschoolse kinderopvang goedgekeurd. Werknemers van de scholen betalen geen vergoeding om hun kinderen in de voor- en naschoolse kinderopvang te laten. Deze gewoonte werd echter nog niet opgenomen in het nieuwe retributiereglement. Dit besluit zorgt voor deze rechtzetting door de toevoeging van artikel 5bis.
De opgelegde dringende maatregel van sluiting om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken heeft financiële gevolgen voor de zelfstandigen en privaatrechtelijke rechtspersonen die op het grondgebied van Sint-Martens-Latem één of meerdere vestigingen gebruiken of tot gebruik voorbehouden.
Er wordt daarom voor gekozen om de tarieven te verminderen die van toepassing zijn voor de berekening van de aanvullende belasting op de kantoren, medische en paramedische kabinetten, ateliers, winkelruimtes, etalageruimtes, showrooms, hotels, logies verstrekkende bedrijven, inrichtingen met barpersoneel, rendez-vous huizen en inrichtingen waarvan de toegang voorbehouden is aan personen die zich onderwerpen aan zekere formaliteiten.
De tarieven worden verminderd in de verhouding van het maximum van 33 weken dat er door de corona maatregelen geen gebruik kon worden gemaakt van de beschikbare ruimte die belast wordt.
Met de invoering van het belastingreglement op het verstrekken van toeristische logies 2021 - 2025 worden de geldende tarieven per kamer voor de hotels en logies verstrekkende bedrijven herleid tot 0 euro voor de aanslagjaren 2021 - 2025.
Tenslotte wordt naar aanleiding van een uitspraak in een rechtszaak m.b.t. de gemeentebelasting op economische bedrijvigheden, een wijziging doorgevoerd die verduidelijkt dat een verhuurder van een onroerend goed ook onder dit belastingreglement valt.
Tegen 1 januari 2023 moeten sociale huisvestingsmaatschappijen (SHM’s) en sociale verhuurkantoren (SVK’s) één woonactor vormen met maar één speler per gemeente, de Woonmaatschappij. Elke woonmaatschappij opereert in een uniek, niet-overlappend en aaneensluitend werkingsgebied binnen de vastgelegde regio en verenigt alle sociale huur- én koopactiviteiten in de gemeente of in een cluster van gemeente.
Met de vorming van de woonmaatschappij wenst de Vlaamse Regering de dienstverlening te verhogen, de complementaire werking van het sociaal verhuurkantoor en de sociale huisvestingmaatschappij te verenigen, de transparantie te verhogen, de regierol van het lokaal bestuur te doen primeren en de lokale betrokkenheid en zeggenschap te waarborgen.
In een eerste stap in het proces tot oprichting van de woonmaatschappij moet het werkingsgebied worden vastgelegd. De Vlaamse regering wenst dat deze nieuwe werkingsgebieden lokaal gedragen zijn en kent een uitdrukkelijke rol toe aan de lokale besturen. De Vlaamse regering roept daarbij lokale besturen op om een voorstel te doen om de werkingsgebieden voor de nieuwe woonmaatschappijen af te bakenen.
De keuze van de gemeente voor het werkingsgebied van de woonmaatschappij dient vast te liggen tegen ten laatste 31 oktober 2021.
Om de gesprekken tussen de besturen te bemiddelen stelde Wonen-Vlaanderen facilitatoren ter beschikking. Vanuit lokaal bestuur Merelbeke werd op 12 april een aanvraag voor een facilitatieopdracht geïnitieerd die meer werd onderschreven door de lokale besturen van De Pinte, Destelbergen, Deinze, Gavere, Merelbeke, Melle, Nazareth, Sint-Martens-Latem en Zulte. Doorheen de traject sloten ook de gemeenten Aalter en Lievegem aan.
De gemeenteraad dient het advies over het werkingsgebied en de afsprakennota goed te keuren.
Het Repair Café heeft sinds dit jaar een nieuw statuut, dat van vzw. Daarom dient er een nieuwe samenwerkingsovereenkomst afgesloten te worden met de drie gemeenten waar de organisatie actief is, met ingang vanaf 01/01/2022.
Bijkomende wijziging t.o.v. de bestaande samenwerkingsovereenkomst is de verhoging van de jaarlijkse toelage per gemeente van €300 naar €500. Dit op vraag van de organisatie die argumenteert dat de kosten verhoogd zijn en de huidige toelage van de gemeenten ontoereikend zijn om een duurzame werking te kunnen verzekeren.
* kosten verbonden aan de omvorming naar vzw: vaste kosten (o.m. oprichtingskosten) en recurrente kosten
* regelmatige aankoop van kwalitatief en veilig herstel- en beschermingsmateriaal
* kosten voor verzekering burgerlijke aansprakelijkheid, bestuursverzekering en vrijwilligersverzekering
Repair Café is een groep van 51 vrijwilligers en 9 actieve leden, waarvan 5 bestuurders, met volgende principes
- Staat in voor promotie van elke Repair Café-sessie en voor de werving van vrijwilligers.
- Is laagdrempelig voor iedereen, uitgevoerd door vrijwilligers.
- Voorziet in directe milieubesparing (herstel/hergebruik), opleiding (educatief, lange termijn, indirecte milieu-impact), herstelreflex (lange termijn, indirecte impact).
- Is sociaal wervend (lokale cohesie bevorderend voor de inwoners).
- Is schaal-efficiënt door organisatie over de gemeenten De Pinte, Nazareth en SML (locaties, frequentie, flexibiliteit en werklast die goed draagbaar zijn voor de vrijwilligers).
- Is kostenefficiënt omwille van de minimale impact op het FTE van de gemeente en de maximale uitbesteding aan de vrijwilligers.
- Is zeer nabij en kleinschalig wat het vertrouwen, de transparantie en zichtbaarheid naar de inwoners toe bevordert.
- Heeft ruggensteun van de gemeente, waardoor de contacten (met potentiële ontplooiing van activiteiten) met scholen en andere gemeentelijke organisaties gefaciliteerd worden.
De erkenning van het Repair Café Schelde-Leie is een concrete uitbreiding van het gemeentebeleid met betrekking tot het materialenbeheer, de circulaire economie en de realisatie van de klimaatdoelstellingen. Het is daarom nuttig dit initiatief logistiek en financieel te ondersteunen.
Dit lokaal energie- en klimaatpact legt de basis voor een structurele samenwerking, en staat door wederzijdse engagementen garant voor een krachtdadig, concreet en voor iedereen tastbaar lokaal klimaat-en energiebeleid.
Engagement lokaal bestuur
Door het ondertekenen van het Lokaal Energie – en Klimaatpact engageert elke stad of gemeente zich om in eerste instantie het Burgemeestersconvenant 2030 te ondertekenen en uit te werken.
Verder engageren de lokale besturen zich om een gemiddelde jaarlijkse primaire energiebesparing van minstens 2,09% in hun gebouwen te realiseren (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed) en om de CO2-uitstoot van hun eigen gebouwen en technische infrastructuur met 40% te reduceren in 2030 ten opzichte van 2015. De opmaak van een vastgoedstrategie geldt hier bij als een goede eerste stap om investeringen in te plannen.
Daarnaast engageert elke stad of gemeente zich tot de verLEDding van de openbare verlichting tegen 2030 alsook de opmaak van lokale warmte- en sloopbeleidsplannen. Ook wordt er ingezet op het verhogen van het draagvlak voor hernieuwbare energie, waaronder het engagement om geen heffing op hernieuwbare energie installaties in te voeren en bestaande, zoals de heffing op pylonen van windmolens, af te bouwen tegen ten laatste 2025.
Tot slot engageert elke stad of gemeente zich om burgers, bedrijven en verenigingen te stimuleren om samen de concrete en zichtbare streefdoelen uit de 4 werven te behalen. Samenwerking tussen gemeenten wordt aangemoedigd zodat de impact van lokale initiatieven vergroot wordt. Het bereiken van deze streefdoelen draagt ook bij tot het bereiken van de globale doelstelling zoals vooropgesteld in het Burgemeestersconvenant 2030.
Engagement Vlaamse Overheid
De Vlaamse overheid engageert zich op zijn beurt om via het Netwerk Klimaat ondersteuning te bieden aan de lokale besturen zoals bepaald in het subsidiebesluit en de werkprogramma’s. Concreet wordt diepgaande professionele ondersteuning aangeboden voor de verduurzaming van het eigen patrimonium, de opmaak van lokale warmteplannen, de uitwerking van lokale beleidskaders voor energie-efficiëntie en hernieuwbare energieproductie, de zoektocht naar financiële oplossingen enz. Via de klankbordgroep worden steden en gemeenten mee betrokken bij de verdere concretisering van deze ondersteuning.
Naast het Netwerk Klimaat zijn een aantal andere partners binnen de Vlaamse overheid (bv. VEB met het SURE2050-project voor het publiek patrimonium) actief bezig met de projectmatige ondersteuning van lokale besturen.
Bovendien zal de Vlaamse Overheid samen met de lokale besturen actief meewerken aan het elimineren van de mogelijke hindernissen die lokale besturen ondervinden in het realiseren van de ambities binnen dit Pact. Vanuit de intermediaire rol die het Netwerk Klimaat opneemt in het governancekader rond het lokaal energie- en klimaatbeleid en de structurele dialoog met de relevante actoren (waaronder de bevoegde administratieve diensten van de Vlaamse overheid) bouwt het Netwerk Klimaat mee aan dit vernieuwde partnerschap.
Tegelijkertijd engageert de Vlaamse overheid zich om haar eigen voorbeeldfunctie in te vullen en zal ze andere relevante actoren trachten te overtuigen om mee in dit Pact te stappen voor de realisatie van één of meerdere doelstellingen. In samenspraak met het middenveld, onderzoeksinstellingen en de verschillende sectororganisaties wordt de opvolging van de wederzijdse engagementen i.h.k.v. het Pact tijdens een één of tweejaarlijks evaluatiemoment besproken. Hier wordt vooral beoogd om dit in synergie met bestaande initiatieven te stroomlijnen.
Beleidsmaatregelen, voorzien door de Vlaamse, Federale en Europese begroting, zullen actief en stelselmatig gepromoot worden in functie van de realisatie van dit Pact.
Onder hoofdstuk 4 van het Pact -de concrete werven- worden reeds enkele huidige of toekomstige budgetlijnen opgesomd. Ter bijkomende ondersteuning van de gemeenten die het Pact ondertekenen, wordt voorzien in een extra jaarlijks budget van 10.000.000 euro, evenals een vast gedeelte van de vrij beschikbare middelen binnen het Vlaams klimaatfonds. Deze budgettaire engagementen kunnen aangepast worden in functie van het algemeen begrotingsbeleid. Voor Sint-Martens-Latem betekent dit voor 2021-2022 een minimale bijdrage van €26.152.
Goedkeuring van het aanbestedingsdossier voor de sloop en asbestverwijdering van de woning te Klapstraat 3, Sint-Martens-Latem.
De gemeenteraad keurt het bestek, de lastvoorwaarden en de wijze van gunnen goed voor de opdracht 'Raamovereenkomst aankoop grondstoffen ten behoeve van de technische buitendienst voor de dienstjaren 2022-2024'.
De gemeenteraad keurt het bestek, de lastvoorwaarden en de wijze van gunnen goed voor de opdracht 'Herstellingswerkzaamheden aan asfaltwegen (diverse locaties)'.
De directeur, de inrichtende macht/het schoolbestuur en de schoolraad bepalen in een overeenkomst de procedureregels die bij het uitoefenen van de participatierechten in acht moeten worden genomen.
In het bijzonder wordt het vergaderritme bepaald evenals de wijze waarop de mededeling wordt verzekerd van de verslagen van de schoolraad, de pedagogische raad en de ouderraad.
De overeenkomst kan bijkomende rechten en bevoegdheden aan de schoolraad toekennen.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om het huishoudelijk reglement goed te keuren.
Met ingang van 3 september 2020 stelt het Lokaal Bestuur oa. de driehoek aan de Koutermolen (Mortelputstraat – Palepelstraat) ter beschikking voor de wekelijkse organisatie van een privaat initiatief genaamd 'de Latemse Versmarkt'.
De technische dienst levert wekelijks bijstand bij het in gereedheid brengen van de nodige voorzieningen en infrastructuur, diensten die gratis door het Lokaal Bestuur ter beschikking worden gesteld.
Dit evenement blijkt van meet af aan op veel meeval te kunnen rekenen en brengt wekelijks veel bezoekers en ook veel deelnemers naar de driehoek aan de Koutermolen.
Niettegenstaande de site inderdaad heel pittoresk is – gelegen in de schaduw van onze mooie Koutermolen – bleek reeds in september 2020 dat het niet verhard karakter ervan niet geschikt was om er tijdens de regenachtige en vochtige herfst- en wintermaanden zware en gemotoriseerde kraamvoertuigen op te stellen en/of ermee te manoeuvreren.
De fractie VOOR LATEM EN DEURLE liet toen verstaan dat keuze van een locatie voor een dergelijk evenement niet enkel mag ingegeven worden door haar 'commerciële en idyllische ligging' maar ook in functie van de functionele geschiktheid van het terrein.
In september 2020 werd door de toenmalige bevoegde schepen gemeld dat er na een aantal maanden zou geëvalueerd worden.
Actie bleef echter uit en in januari 2021 was de site omgetoverd in een moddervlakte met plassen en verzakkingen. Deze toestand werd er door de wekelijkse frequentie van de markt alleen maar erger op.
De driehoek was en is tijdens de herfst- en wintermaanden niet geschikt om er de Latemse Versmarkt te ontvangen.
Het is daarenboven een goed idee om de locatie af en toe te wijzigen, dit vb. al naargelang de seizoenen maar ook om (de inwoners uit) andere delen van onze gemeente meer te betrekken.
Vanuit deze bezorgdheden en overwegingen stelde de fractie VOOR LATEM EN DEURLE op de gemeenteraad van 25 januari 2021 voor om de Latemse Versmarkt voortaan tijdens de maanden oktober tot en met februari te laten doorgaan aan de parking recht tegenover het wijkcentrum De Oase in Hooglatem en om deze tijdens de drogere maanden maart tot en met september te laten doorgaan aan de driehoek aan de molen.
Tevens stelde de fractie VOOR LATEM EN DEURLE toen voor om aan de bevoegde diensten de opdracht te geven om een reglement uit te werken waarin er onder andere voorschriften zouden worden voorgelegd om erop toe te zien dat de voertuigen, welke door de handelaars worden gebruikt, geschikt zijn voor de locatie waar een dergelijke markt op openbaar domein georganiseerd wordt, dit ter vrijwaring van onze groene en openbare ruimte.
Tijdens de week volgende op het indienen van het voormelde agendapunt nam het Schepencollege in overleg met de organisator het besluit om de Latemse Versmarkt met ingang van 28 januari 2021 te laten doorgaan aan de parking ter hoogte van Centrum Oase te Hooglatem. Een concrete timing werd hier evenwel niet medegedeeld.
Aan de driehoek werd aldus en rustmoment gegund.
Sinds 13 mei 2021 wordt de markt terug georganiseerd aan de driehoek Palepelstraat/mortelputstraat.
Onze fractie heeft opnieuw geen kennis van enige hieraan door het Schepencollege verbonden concrete timing.
Nu de vochtige herfst- en wintermaanden terug aanbreken, wordt voorgesteld om de locatie van de Latemse Versmarkt met ingang van 21 oktober 2021 tot en met de laatste dag van maart 2022 terug te laten doorgaan aan de parking aan Centrum De Oase in Hooglatem. Tevens wordt voorgesteld om vanaf 1 april 2022 te voorzien in vaste wisseldata tussen de twee gekende locaties. Dit komt zowel de bezoekers als de marktkramers ten goede. Zo weten zij immers vooraf wanneer het initiatief voortaan op elk van de twee locaties zal doorgaan.
Tevens stelt zich de vraag betreffende de stand van zaken van het in januari 2021 gevraagde reglement gebruik openbare ruimte voor activiteiten, zoals de Latemse Versmarkt.
Tussen de fracties van deze gemeenteraad werd een gemeentelijke werkgroep ‘Betaalbaar Wonen’ opgericht met als eerste opdracht een gemeentelijke project op de aangekochte gronden in de Lijnstraat te realiseren.
In mei lanceerde het schepencollege een bestek voor de opmaak van een RUP in deze zone en vroeg u aan de fracties te antwoorden op een aantal vragen over de richting waarin het project zou moeten uitgaan.
Begin september 2021 kwam de Werkgroep Betaalbaar Wonen voor de tweede keer dit jaar samen. Daar werd meegedeeld dat u de daaropvolgende dagen een afspraak had met Meester Rasschaert die door de gemeente is aangesteld om ons te begeleiden in dit dossier. Na afloop van dit onderhoud zouden een aantal mogelijke pistes gedeeld worden.
Vragen
Diverse gemeentelijke gebouwen werden zoals vereist ingericht met een CO2 -meter.
Tijdens de viering van de 50- en 51-jarigen in de raadzaal van het gemeentehuis op 1 oktober 2021 konden we vaststellen dat de CO2 -meter rood oplichtte en een waarde van 1610 weergaf.
De Hoge Gezondheidsraad adviseert in haar advies van februari 2021 in gesloten ruimtes te streven naar een CO2 -gehalte onder 800 ppm, bij voorkeur zelfs lager dan deze waarde. Een CO2- concentratiemeting die hoger is dan de aanbevolen of vereiste waarden is een goede indicator voor een onvoldoende ventilatie en/of een te hoge bezettingsgraad van de ruimte. In dat geval zijn corrigerende maatregelen nodig.
Verschillende CO2 -meters die in omloop zijn werken met kleurcodes, gaande van groen over oranje (vanaf 800 of 900 ppm) naar rood (vanaf 1500 ppm).
Het is belangrijk dat in deze fase van de pandemie meer en meer zaken terug mogelijk worden, maar anderzijds blijft voorzichtigheid toch ook geboden om nieuwe opflakkeringen van besmettingen te vermijden.
Vragen
Het mobiliteitsplan werd vastgesteld door de gemeenteraad in 2016 en herzien in juni 2020, met een aanvullende beslissing in september 2020.
De herziening gebeurde op basis van een aantal principes. Deze werden voorgesteld in de gemeenteraadscommissie van 18 november 2019 en besproken in de gemeenteraadscommissie van 24 februari 2020. Het document met deze principes werd als bijlage bij de goedkeuring van de herziening van het mobiliteitsplan in de gemeenteraad van 29 juni 2020 gevoegd.
In dit document met de vastgelegde principes staat beschreven:
Fietsvoorzieningen: Langsheen de wegen type I, IIA en IIB wordt gekozen voor een afgescheiden fietspad waar mogelijk en in overleg met het Agentschap Wegen en Verkeer. Waar geen afgescheiden fietspad is, wordt een fietssuggestiestrook aangebracht. De maatregel moet zorgen voor een optische wegversmalling, een continue alertheid en verhoogd respect voor fietsers. Onafhankelijk van de fietssuggestiestroken, blijft binnen de zone 30 gemengd verkeer met wederzijds respect de norm.
In de realiteit zijn de meeste erftoegangswegen fietsstraten, conform de wegcode. Bij het inhalen dient er immers minstens 1,5m gelaten te worden tussen het voertuig en de fietser, wat onmogelijk is op de meeste erftoegangswegen. Het aanduiden van fietsstraten is een belangrijke maatregel om fietsers een bevoorrechte rol te geven in het verkeer. Deze maatregel wordt overwogen waar (potentieel) veel fietsers rijden door de nabijheid van een belangrijke attractiepool (scholen, sport, dorpskern, rusthuis) of door de ligging op het lokaal fietsroutenetwerk. Bijkomend wordt de maatregel overwogen waar een conflictsituatie ontstaat doordat fietsers het midden van de weg verkiezen door de aard van het wegdek. Afhankelijk van de situatie worden flankerende maatregelen genomen (parkeerregime herzien, wegbreedte reduceren, accentueren conflictpunten, wegmarkering…).
Op basis van dit document met principes werd de actietabel bij het mobiliteitsplan herzien en goedgekeurd. In de gemeenteraad van 7 september 2020 werd de actietabel met betrekking tot fietssuggestiestroken aangepast.
In deze actietabel werd de aanleg van fietssuggestiestroken goedgekeurd voor volgende straten:
In dezelfde actietabel werd de aanleg van fietsstraten goedgekeurd voor volgende straten:
Voor de eerste twee werd overgegaan tot de plaatsing van een proefopstelling. Bij de twee andere niet.
In het schepencollege van 25 mei 2021 werd de opdracht ‘mobiliteitsadvies op afroep’ gegund.
In de opvolgingsrapportering bij het meerjarenplan zoals besproken in de gemeenteraad van 13 september 2021 staat geschreven: Momenteel is een advies over fietsstraten en -suggestiestroken aangevraagd met september 2021 als deadline.
Overwegende dat de gemeenteraad reeds in juni 2020 besloot tot de plaatsing van fietssuggestiestroken in 7 straten en de inrichting van fietsstraten in 4 straten;
Overwegende dat de deadline voor de bestelde studie verstreken is;
Overwegende dat het belangrijk is op korte termijn bijkomende initiatieven te nemen om het fietsen in de gemeente te bevorderen;
Overwegende dat dit een eerste beslissing is die op volgende gemeenteraden kan uitgebreid worden op basis van de resultaten van de afgeleverde studie; (de afgeleverde studie kan opgeladen worden als bijlage bij dit agendapunt. Eventueel kan het agendapunt nog aangepast of aangevuld worden op basis van bijkomende elementen uit de studie.)
De gemeente Sint-Martens-Latem wordt geconfronteerd met een aantal aflijnbare verkeersknelpunten en - vraagstukken, waarvan de behandeling de intern aanwezige expertise overstijgt. Om ons hierin bij te staan, wil het bestuur beroep doen op een externe adviseur om verkeersknelpunten te analyseren en oplossingen aan te reiken op basis van een scenarioanalyse. Hiertoe werd een raamopdracht gelanceerd voor een bedrag van €30.000, excl. BTW. Het voorzien bedrag is limiterend, maar wordt niet noodzakelijk volledig besteed. De toewijzing van de raamopdracht gebeurt door het college van burgemeester en schepenen. Voor elke afzonderlijke adviesvraag maakt de consultant een gefundeerde kostenraming op, waarvoor de bevoegde schepen de goedkeuring verleent. Elke afzonderlijke opdracht zal worden uitgevoerd op basis van de eenheidsprijzen opgegeven in de offerte, wordt apart gefactureerd en in mindering gebracht van het totaalbedrag. De opdracht werd gegund in het schepencollege van 25 mei 2021.
Op verschillende kruispunten in onze gemeente is de zichtbaarheid voor de verschillende weggebruikers laag met grote risico’s tot conflicten en aanrijdingen, met vooral grote veiligheidsrisico’s voor de zwakke weggebruikers. Hierbij wordt gedacht aan
Het zou goed zijn beroep te doen op extern gespecialiseerd advies om deze knelpunten te analyseren en oplossingen aan te reiken ten einde de veiligheid van de weggebruikers te verhogen.